Het effect van wind op zee op de scheepvaart

Voor de scheepvaart betekent de komst en aanwezigheid van windparken op zee een beperking van de vrije doorvaart en extra druk op het scheepvaartroutestelsel. De Rijksoverheid houdt het belang van de scheepvaart goed in de gaten.

Er varen steeds grotere schepen op de Noordzee, terwijl het totale aantal al jaren licht daalt. De verwachting is dat beide ontwikkelingen zich voortzetten. Hoe dichter bij de kust, hoe hoger de dichtheid van het scheepsverkeer.

Omvang diverse soorten scheepvaart

Het scheepvaartverkeer op de Noordzee is divers en wordt steeds gevarieerder. Zo is er de ‘kustvaart’, scheepvaartverkeer tussen de Noordzeelanden. Daarnaast groeit het werkverkeer, vooral voor de bouw van windparken. De verwachting is dat de omvang van het recreatieve verkeer de komende jaren gelijk blijft. Het meeste recreatieve en charterverkeer blijft dicht bij de kust; relatief weinig schepen gaan verder weg de zee op. 
Het aantal actieve visserijvaartuigen bedraagt al jaren ongeveer 600. In de grote zeevisserij is de hoeveelheid vaartuigen afgenomen. De omvang van andere onderdelen van de Nederlandse vissersvloot, zoals kleine zeevisserij en kotters, bleef nagenoeg onveranderd of groeit licht.

Effect van windparken op scheepvaart

De bouw en exploitatie van windparken leiden ertoe dat er minder open zee is waarvan het scheepvaartverkeer gebruik kan maken. 
In de regels voor het varen in windparken op zee staan richtlijnen voor de minimale afstanden van windenergiegebieden tot scheepvaartroutes. Dit kader is gebruikt bij het vaststellen van de locaties van windenergiegebieden op zee. Die locaties zijn vastgelegd in het Programma Noordzee 2022-2027.

Doorvaart door windparken

Sinds 1 mei 2018 mogen recreatie- en vissersschepen tot 24 meter onder strikte voorwaarden door de windparken Luchterduinen (LUD), Offshore Windpark Egmond aan Zee (OWEZ) en Prinses Amalia Windpark (PAWP) heen varen. In de Gemini-windparken zijn doorvaart en medegebruik vooralsnog niet mogelijk, omdat er tot op heden geen goede handhaving mogelijk is.

Vrije doorvaart door windparken beperkt de mogelijkheden om de ruimte tussen de windturbines te gebruiken voor andere doeleinden: medegebruik, zoals bijvoorbeeld zeewierkweek. Om doorvaart en medegebruik mogelijk te maken zijn en worden er daarom in nieuwe windenergiegebieden passages opgenomen waar doorheen gevaren mag worden. Het gebruik van de doorvaartpassages wordt toegestaan voor schepen tot 46 meter. Daarmee zijn deze doorvaartpassages geschikt voor vissersschepen en voor een groot deel van de recreatievaart. Meer informatie over doorvaart en medegebruik is te vinden op deze pagina en op het Noordzeeloket.

Risico op aanvaring en aandrijving

Schepen die groter zijn dan 24 meter of niet aan de andere voorwaarden voldoen, zullen routes om de windparken heen moeten nemen. Dit geeft een grotere verkeersdruk op het routestelsel voor de scheepvaart. Waarschijnlijk zal er ook meer kruisend verkeer zijn op deze vaarwegen, aangezien het bestemmingsverkeer toeneemt van en naar windparken en olie- en gasinstallaties. Meer kruisend verkeer betekent dat er mogelijk meer afwijkende manoeuvres nodig zullen zijn. Schepen op de routes moeten daar rekening mee houden. 
De Rijksoverheid onderzoekt bij het aanwijzen van nieuwe windenergiegebieden en/of de nadere inrichting daarvan (kavelbesluiten) de gevolgen ervan voor scheepvaartveiligheid. Uit die onderzoeken blijkt dat het risico op aanvaringen tussen schepen onderling in beperkte mate toeneemt door de toegenomen verkeersdruk. Het risico op aanvaringen en aandrijvingen met windturbines neemt sterker toe. In beide gevallen vergroten de botsingen de kans op economische, milieu- en letselschade. 
De kans op botsingen is ook groter vanwege de gevolgen van windparken op de radars van zowel varende schepen als de radars die vanaf land het scheepvaartverkeer in de gaten houden. Windturbines reflecteren namelijk een deel van de radarsignalen, waardoor objecten erachter (deels) onzichtbaar worden. Om deze risico’s te beperken is het nodig maatregelen te treffen.

Maatregelen voor scheepvaartveiligheid

De Rijksoverheid streeft ernaar om het huidige veiligheidsniveau tijdens en na de bouw van de windparken te handhaven of zo mogelijk te verbeteren. Er worden daarom aanvullende maatregelen getroffen. Dit zijn enerzijds preventieve maatregelen in en rondom de windparken, zoals het plaatsen van sensoren om zicht te krijgen op de scheepvaart, het door de Kustwacht uitbreiden van toezicht en handhaving en het door de Kustwacht introduceren van een vorm van verkeersbegeleiding vanaf 2025.

Anderzijds worden er ook reactieve maatregelen getroffen voor extra sleep- en bergingscapaciteit en extra inzet voor Search and Rescue (SAR). Deze maatregelen komen boven op alle activiteiten en maatregelen voor scheepvaartveiligheid die nu al door onder andere de Nederlandse Kustwacht worden uitgevoerd. Meer informatie vindt u op het Noordzeeloket.

Maatregelen voor scheepvaartveiligheid in windparken

Bij het bepalen van geschikte locaties voor windparken (‘kavelbesluiten’) hoort een milieueffectrapportage. Onderdeel van die rapportage is een studie naar de scheepvaartveiligheid. 
In zo’n studie beschrijft de Rijksoverheid de gevolgen van windparken voor de veiligheid van het scheepvaartverkeer. Ook geeft de studie inzicht in de veiligheidseffecten van doorvaart met schepen tot 24 meter in het windpark, waaronder recreatievaart en kleine vissersschepen. Daarbij gaat het om directe risico’s (aanvaringen met of aandrijvingen tegen turbines) én indirecte risico’s (zoals persoonlijke ongevallen en olie-uitstroom door scheuren). 
In de kavelbesluiten treft de Rijksoverheid een aantal maatregelen om de veiligheid van de scheepvaart te vergroten. Zo:

  • Moet het windpark – op grond van het Waterbesluit – voorzien zijn van herkenningstekens en -bakens, waaronder een Automatic Identification System (AIS);
  • Stelt de Rijksoverheid op grond van de Waterwet een veiligheidszone in rondom een windpark;
  • Eist de Rijksoverheid van de vergunninghouder van het windpark om zonder financiële tegenprestatie mee te werken aan het installeren van (radar)apparatuur in het windpark. Die apparatuur is bedoeld om de veiligheid te borgen van kleine vaartuigen die door het park varen én om de handhaving op deze doorvaart ondersteunen.

Belang van de scheepvaart in beleid

Naast veiligheid houdt de Rijksoverheid bij het ontwerpen van de kavels ook rekening met het belang van de scheepvaart. Bijvoorbeeld door:

  • Het opnemen van een scheepvaartcorridor in het windenergiegebied Borssele. Schepen met een lengte tot 45 meter (waaronder vissersschepen) mogen door deze corridor heen varen. In de gebieden Hollandse Kust (zuid) en Hollandse Kust (noord) zijn zulke corridors niet nodig: de windparken zijn daar geen belemmering voor de bereikbaarheid van de havens van Scheveningen, Katwijk en IJmuiden. Schepen kunnen zonder omweg deze havens bereiken.
  • Het zorgen voor een vloeiende, rechte begrenzing van de windparken langs de scheepvaartroutes. Voor het windenergiegebied Hollandse Kust (west) is besloten om twee uitstekende kleine ‘punten’ van dit gebied, die grenzen aan scheepvaartroutes, niet te benutten voor windturbines.
  • Het niet gebruiken van het windenergiegebied nabij de scheepvaartkruising North Hinder. Dit gebied is met 30 km2 te klein om effectief gebruikt te worden voor windenergie. Bovendien ligt het in een druk bevaren, lastig te navigeren gebied (in de Maasmond). Dit windenergiegebied wordt daarom niet tot windpark ontwikkeld en is inmiddels geschrapt. Hetzelfde geldt voor de windenergiegebieden Hollandse Kust (zuidwest en noordwest). Deze gebieden zijn in belangrijke mate vanwege scheepvaartveiligheid niet meer als windenergiegebied opgenomen in het Programma Noordzee 2022-2027.
  • Het plaatsen van een doorvaartpassage (‘clearway’) in windenergiegebied IJmuiden Ver. Schepen met een lengte tot 200 meter mogen daardoorheen varen. De corridor ligt vrijwel op de huidige route die de ferry’s gebruiken vanuit Amsterdam/IJmuiden naar het Verenigd Koninkrijk. Ook kustvaarders, werkschepen en grotere vissersschepen zullen deze corridor naar verwachting benutten.

Doorverwijzingen

Nederlandse aanpak

Waarom is windenergie op zee nodig? Wat zijn de doelen en hoe zorgt de Rijksoverheid ervoor dat doelen worden gehaald?

Noordzee

Over hoe de Rijksoverheid de Noordzee beheert en hoe de ruimte op de Noordzee is verdeeld. Wat op de Noordzee kan en mag, en welke regels en voorwaarden daarvoor gelden.

Innovatie

Innovatie, ontwikkeling (internationale) samenwerking en opleidingen zijn belangrijk om de kosten van wind op zee omlaag te krijgen en biedt daarmee economische kansen.

Werk en scholing

De windsector biedt perspectieven voor mensen die willen werken in de wind. NWEA is de verbinder binnen de sector en koppelt relevante partijen aan elkaar binnen de sector.

Veelgestelde vragen

Op deze website vindt u veel informatie over Wind op zee. Vindt u niet wat u zoekt? Kijk dan bij de veelgestelde vragen of neem contact met ons op.