Hoeveel ruimte gebruikt wind op zee?
Alle windturbines, platforms en kabels van wind op zee nemen ruimte van de Noordzee in. Om hoeveel ruimte gaat het op dit moment? En om hoeveel ruimte in de toekomst?
Het Nederlandse deel van de Noordzee, ook wel aangeduid als de Nederlandse exclusieve economische zone (EEZ) of het Nederlandse Continentaal Plat (NCP), is 57.800 vierkante kilometer groot. Dat is ongeveer 1,5 keer zo groot als het Nederlandse landoppervlak.
Op deze pagina
Over Wind op zee
De windparken Egmond aan Zee, Prinses Amalia Luchterduinen en Gemini nemen (berekend op basis van de buitencontouren van deze windparken) circa 133 vierkante kilometer in beslag. Dat komt neer op 0,23 procent van het Nederlandse deel van de Noordzee.
In 2023 beslaan windparken in de windenergiegebieden Borssele, Hollandse Kust (zuid) en Hollandse Kust (noord) in totaal circa 1,65 procent van het NCP. Het gaat dan om ongeveer 954 vierkante kilometer.
Ruimtebeslag in 2030
Rond 2030 is het ruimtebeslag van de windparken op de Noordzee (met een gezamenlijk vermogen van circa 21 gigawatt (GW)) in totaal circa 4,5 procent (circa 2.600 vierkante kilometer). Naast de eerdergenoemde windparken staan er dan ook windturbines in (delen van) de windenergiegebieden Hollandse Kust (west), Ten noorden van de Waddeneilanden, IJmuiden Ver, Nederwiek en Lagelander.
Ter vergelijking: natuurgebieden beslaan circa 20 procent van de ruimte op de Noordzee. In relatie tot de visserij is in het Noordzeeakkoord afgesproken dat in 2023 13,7 procent van de Noordzee binnen ecologische waardevolle gebieden volledig gevrijwaard wordt van bodemberoerende visserij. Dit percentage loopt op naar 15 procent in 2030. Scheepvaartroutes en kabels en leidingen nemen ook ruimte in beslag (ongeveer 6,2 procent tot 13,4 procent). In deze ruimte mag wel gevist worden, maar dat zal in de praktijk vanwege risico’s op schade of aanvaringen niet altijd gebeuren.
Met het regeerakkoord van december 2021 is duidelijk geworden dat het kabinet nog meer windenergie op zee wil inzetten voor de klimaatopgave in 2030. In de loop van 2022 wordt duidelijk welke (delen van) nieuwe windenergiegebieden hiervoor ontwikkeld gaan worden.
Ruimtebeslag na 2030
In de periode na 2030 zal windenergie op zee naar verwachting verder doorgroeien. Een scenario-studie uit 2020 door Berenschot en Kalavasta ten behoeve van de integrale infrastructuurverkenning 2030-2050, gaat ervan uit dat er in 2050 in totaal tussen 38 GW en 72 GW windenergie op zee nodig is. De ruimte die hiervoor nodig is loopt uiteen van 7,5 procent tot 13,4 procent van het Nederlandse deel van de Noordzee.
Hierbij wordt ervan uitgegaan dat de windparken relatief compact gebouwd worden, zodat er een vermogen van circa 10 megawatt per vierkante kilometer is. Deze relatief hoge vermogensdichtheid is mogelijk doordat er steeds grotere windturbines ontwikkeld worden. Uit onderzoek blijkt dat deze turbines relatief dichter op elkaar kunnen staan, zonder dat de ze elkaars wind te veel afvangen. Ook de opbrengstverliezen van het windpark lopen niet te hoog op.
Als we er van uitgaan dat de ruimte tussen de windturbines bruikbaar is voor andere doeleinden, bedraagt het ruimtebeslag van alleen de turbines en platforms van het net op zee, inclusief veiligheidszones, bij een totaal vermogen van 72 GW ongeveer 0,1 procent van het NCP. Bij minder dan 72 GW zal het ruimtebeslag uiteraard kleiner uitvallen.
Beschikbare ruimte in windparken
Windparken zijn in eerste instantie bedoeld om energie op te wekken. Maar er kunnen – onder bepaalde voorwaarden – ook andere activiteiten plaatsvinden, zoals doorvaart van schepen. En medegebruik, bijvoorbeeld passieve visserij of maricultuur. Hiervoor is meestal ook een vergunning nodig.
Voor activiteiten die binnen windparken mogen plaatsvinden, is het relevant te weten welke delen van deze windparken daarvoor geschikt zijn. Dat zijn alle plekken buiten de ruimte die de windturbines en de net-op-zee-platforms innemen. Daarbij geldt volgens de Gedragscode voor veilig varen door windparken een aan te houden afstand van 50 meter rondom windturbines en 500 meter rondom het platform op zee. Deze ruimte in windparken waar geen andere activiteiten mogen plaatsvinden, omvat in totaal 12 vierkante kilometer voor alle geplande windparken tot en met 2030. Dat is ongeveer 0,02 procent van de Nederlandse Noordzee. Bij 72 GW is dit dus ongeveer 0,1 procent.
Ruimte tussen windturbines
Het beleid voor meervoudig gebruik van windparken op zee is nog in ontwikkeling. Windturbines staan ongeveer één kilometer van elkaar af; in de ruimte tussen die turbines zijn andere activiteiten mogelijk, maar alleen als die verenigbaar zijn met het windpark. Naar de te stellen voorwaarden wordt onderzoek gedaan.
Binnen 50 meter van de windturbine en 500 meter vanaf het platform op zee van het net op zee mogen geen vaartuigen of voorwerpen (zoals boeien) komen, om zo schade aan de windturbine, het platform of de fundering te voorkomen. De rest van de ruimte is bruikbaar voor andere activiteiten. Bekijk hier een korte film over meervoudig gebruik van de Noordzee.
Minimale ruimte tussen windturbines
Doorverwijzingen
Nederlandse aanpak
Waarom is windenergie op zee nodig? Wat zijn de doelen en hoe zorgt de Rijksoverheid ervoor dat doelen worden gehaald?
Noordzee
Over hoe de Rijksoverheid de Noordzee beheert en hoe de ruimte op de Noordzee is verdeeld. Wat op de Noordzee kan en mag, en welke regels en voorwaarden daarvoor gelden.
Innovatie
Innovatie, ontwikkeling (internationale) samenwerking en opleidingen zijn belangrijk om de kosten van wind op zee omlaag te krijgen en biedt daarmee economische kansen
Werk en scholing
De windsector biedt perspectieven voor mensen die willen werken in de wind. NWEA is de verbinder binnen de sector en koppelt relevante partijen aan elkaar binnen de sector.
Veelgestelde vragen
Op deze website vindt u veel informatie over Wind op zee. Vindt u niet wat u zoekt? Kijk dan bij de veelgestelde vragen of neem contact met ons op.